Verrassende Geheimen

09/06/2013 Door Rick Lindeman

Soms vind je een onverwachte verrassing op de mat. Op Linkedin stelde Micheal Wilkinson vorig jaar een aantal vragen over groepen facilitators voor zijn nieuwe herziene versie van “Secrets of Facilitation“. Ik was een van diegenen die zijn vragen beantwoordde. Een jaar later plofte vervolgens 5 kilo boek door de brievenbus. Een gesigneerd exemplaar van “De Geheimen…”

In hoofdstuk 16 vond ik mijn eigen naam inderdaad terug met een citaat. Uiteraard is het daarom alleen al een geweldig boek, maar zou ik het de lezer ook aanraden?

Wat Wilkinson heeft geprobeerd is het hele proces van faciliteren in één boek te vatten. Hij heeft hiervoor alle elementen in een model geplaatst. Dat werkt heel prettig, zodat je nooit verloren bent. Elk hoofdstuk is zo te plaatsen in het grotere geheel. Het lijkt me dan ook een fijn boek om een cursus rond op te bouwen.

model

De rode draad zijn de geheimen uit de titel. Gezamenlijk vormen ze een groep axioma’s die je kunnen helpen als je even niet meer weet wat te doen. Natuurlijk, een deel hiervan is gewoon gezond verstand, maar samen zijn ze een fijne toolbox.

Het onderwerp ‘ontwerpen’ komt minder op de voorgrond. Waar in mijn beleving de meeste tijd gaat zitten in het goed ontwerpen van een workshop, en echt door te dringen tot het probleem, is het hier slechts één van de zestien hoofdstukken. En dat hoofdstuk concentreert zich vooral op zaken als de uitnodiging en maar beperkt op de geheimen van een goede intake. Wilkinson noemt beschrijft de intake als 5 P’s: Purpose, Product, Participants, Probable Issues, Process.

Verwant is hiermee dat het boek een beetje licht is op theorie. Verstoringen komen ruim aan bod, maar de theorie erachter (van Tuckman tot Leary) wordt niet genoemd. Ook in de definitie van het probleem wordt niet theoretisch onderbouwd. In de klassieker “Werkboek Werkconferenties“, ook een heel praktisch laten Klootwijk et. al bijvoorbeeld wel een handzaam model zien. Ze plotten problemen langs de as van tijd en een as van inhoudelijk vs gevoelens. Hierdoor ontstaan een aantal functies (ambiëren, verkennen, analyseren, doorleven) die een facilitator kunnen helpen. In onderstaande afbeelding (van Concivi) Ik zal binnenkort dieper op dit model ingaan.

Schermafbeelding 2013-06-09 om 11.05.29

In die zin is dit boek een antagonist van Jan Lelie’s Faciliteren als tweede beroep, dat juist de modelmatige en diepere theoretische voorstelling van het faciliteren centraal stelt. Dat boek is misschien weer te theoretisch voor de doelgroep van dit boek. Ik hoop op dit blog altijd de balans tussen deze polen te bewaren. Ook is er nauwelijks aandacht voor de locatie en omgeving waarin de workshop plaatsvindt.

Wilkinson in Actie

Ik diskwalificeer dit boek trouwens niet met deze kritiek. Het is een – ietwat amerikaanse – studie compendium die ruim de tijd neemt om je in te wijden in de geheimen van het faciliteren. Je wil hierna nog meer. Bovendien is het in een taal geschreven die je ook op je opdrachtgever kan overbrengen.

Het boek is te koop in onze boekwinkel.